Bang voor vader

Met mijn tweede halfbroer uit 1960 deed ik een onverwachte ervaring op toen ik samen met hem mijn vaders huis ontruimde, toen die in de gevangenis zat. Alle kamers moesten één voor één ontruimd worden, omdat hij anders het overzicht zou verliezen. Hij liet ook aan mij de verantwoordelijkheid om mijn vaders inboedel aan de Kringloop mee te geven.

Mijn vader was in de gevangenis al flink verward geraakt, uitmondend in een diagnose “fronto-temporale dementie”, dus ik ging ervan uit dat hij bij het verlaten van de gevangenis toch niet meer zou weten wat hij allemaal bezat en bezeten had. Ik heb alleen een doos foto’s bewaard. Ik heb de situatie goed ingeschat, maar mijn broer leek te onzeker om z’n ingrijpende beslissing te nemen: boven de vijftig en nog steeds bang voor zijn beginnend dementerende vader, die hem bovendien niets kon doen, omdat hij in de gevangenis zat.

Ik was geschokt, ook door mijn broers hang naar veiligheid en zekerheid, die hij vond in het gestructureerd ontruimen van een huis. Geheel in tegenspraak daarmee lijkt de ordeloze rommel waartussen hij zelf leeft. Wat ik van mijn vader herken is de eindeloze rij ordners met persoonlijke en zakelijke administratie, waarmee hij zichzelf de zekerheid verschaft, “alles bewaard te hebben”, relevant of niet. Van collega’s en uit mijn langdurige lat-relatie, weet ik dat het om schijnzekerheid gaat, want op het moment dat ze een document of wachtwoord echt nodig hebben, blijken ze zoveel te hebben verzameld, dat ze het gezochte niet kunnen vinden. Mijn halfbrower had een opruimcoach nodig om enige orde in de chaos te scheppen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Maak de som af en klik op: \"Reactie plaatsen\" * Time limit is exhausted. Please reload CAPTCHA.